Tessel ten Zweege Partnergeweld
Foto door Studio Estella

Tessel ten Zweege: “Partnergeweld is een product van de patriarchale samenleving”

Met Dat zou jij nooit toelaten schreef Tessel ten Zweege een openhartig feministisch boek over partnergeweld. Door haar eigen ervaringen te contextualiseren met feministische literatuur, verbindt ze het persoonlijke met het maatschappelijke. Een nodig en urgent boek dat laat zien dat partnergeweld iedereen kan overkomen en dat er meer gedaan moet worden om het op te lossen.

Je hebt al eerder artikelen geschreven over partnergeweld. Wat maakte dat je er een boek aan wilde wijden?

In een artikel kan ik vaak één soort dynamiek of problematiek rondom partnergeweld uitlichten. Maar partnergeweld is zo’n complex probleem dat er niet altijd genoeg plek in één artikel is om al die verschillende aspecten te belichten. Intersectionaliteit speelt bijvoorbeeld een grote rol in partnergeweld. Je sociale positie heeft namelijk invloed op hoeveel kans je loopt op partnergeweld, maar ook hoe makkelijk je eruit komt of hoe toegankelijk de hulpverlening voor je is. Er zijn zo veel dingen die allemaal met elkaar verbonden zijn, daar wilde ik ruimte voor maken in een boek.

Daarnaast voelde ik dat er veel herkenning was bij andere mensen wanneer ik over partnergeweld sprak, voornamelijk de schaamte. Toen dacht ik, dan is het best waardevol als ik ongecensureerd en zo eerlijk mogelijk opschrijf wat er met mij is gebeurd. En ja, ook de dingen waar ik me voor schaam. Dat is omdat ik denk dat als ik daar eerlijk over ben, andere mensen zich er misschien in kunnen herkennen en zichzelf wat meer kunnen vergeven. Dat ze misschien denken: ik ben niet de enige en meer mensen hebben dit meegemaakt.

En hoe was het voor jou om dit boek te schrijven? 

Ik vond het aan de ene kant heel fijn en helend. Maar het was ook pittig af en toe, omdat je wel echt heftige scènes tot in detail beschrijft en weer helemaal teruggaat naar dat moment, in plaats van het alleen kort te benoemen in een artikel. Ik vond het af en toe wel lastig om dat gevoel weer helemaal toe te laten. Maar over het algemeen vond ik het wel een fijne ervaring, omdat ik het voor mezelf wat meer een plekje kon geven. Toen ik het boek af had, dacht ik ook: wauw, het is nu echt een afgesloten hoofdstuk van m’n leven. 

In je boek haal je veel feministische literatuur aan. Waarom was het voor jou zo belangrijk om je eigen ervaringen daarmee te contextualiseren?

Ik heb denk ik alles een plekje weten te geven en leren begrijpen door feministische literatuur te lezen. Het was onlosmakelijk aan elkaar verbonden. Die gewelddadige relatie vond namelijk plaats in een tijd dat ik mezelf ontwikkelde tot feminist. De literatuur die ik heb gelezen heeft gevormd hoe ik nu naar die relatie terugkijk. Het heeft me zo veel gebracht, want je hebt echt handvaten nodig en een woordenschat om überhaupt te kunnen beseffen wat er allemaal is gebeurd. 

Ik heb ook veel literatuur over partnergeweld gelezen die niet uitgesproken feministisch is. Ik vind dat dat soort literatuur weinig toevoegt aan de discussie en vaak daders neerzet als monsters die niet meer te redden zijn, terwijl je juist door feministische teksten te lezen over de cirkel van geweld leert dat het gedrag ergens vandaan komt. Dat mensen gewelddadig worden omdat ze zelf jeugdtrauma’s hebben en niet weten wat ze daarmee moeten doen. Of dat mannen gewelddadig worden omdat ze het gevoel hebben dominant te moeten zijn. Dat is natuurlijk nooit een excuus, maar het helpt wel om partnergeweld te begrijpen. Dit soort inzichten vond ik heel belangrijk. Ze hebben zo veel invloed gehad op hoe ik mijn eigen situatie heb weten te begrijpen dat ik dacht: dit wil ik delen met andere mensen.

Las je deze literatuur al tijdens je relatie of kwam dat later?

Vooral erna ben ik dat soort literatuur gaan lezen. Ik las ook wel feministische literatuur in de tijd dat ik in die relatie zat, maar dat voelde toch als iets met meer afstand. Ik heb in die tijd Adrienne Rich gelezen over Compulsory Heterosexuality. Toen dacht ik: is dat dan het antwoord? Moet ik dan maar met vrouwen gaan en mannen helemaal afzweren? Het is nog steeds heel interessant wat ze schrijft hoor, maar ik ben geen separatistische feminist geworden. Ik ga niet mijn liefde voor mannen afzweren omdat het patriarchaat bestaat. Ik heb kort nadat het uit was bell hooks‘ All About Love voor het eerst gelezen. Dat was voor mij echt een eyeopener en heel bijzonder.

Wat vond je zo bijzonder aan dat boek?

Nou, het was de eerste keer dat ik over man-vrouw relaties las die worden beschreven als een soort battlefield. Adrienne Rich schreef daar ook wel over, maar bell hooks beschreef dat op een manier waar ik me ook in kon vinden. Ik vond het heel bijzonder hoe ze zo radicaal en strijdvaardig, maar tegelijkertijd liefdevol en geduldig kon schrijven over de feministische strijd binnen man-vrouw relaties. In plaats van de separatistische aanpak als ‘alle mannen zijn niet te vertrouwen,’ probeert zij het juist te begrijpen vanuit het mannelijke perspectief en probeert ze niet te veel te generaliseren. Ze maakt geen compromissen wat betreft haar feminisme, maar ze blijft wel heel humaan en ze wil mensen helpen beter te worden. Ze wil dat iedereen bewuster vanuit goede intenties gaat nadenken over liefde en machtsverhoudingen binnen relaties. Dat vond ik een fijne ideologie om aan vast te houden.

Zeker, en in dat boek beschrijft ze natuurlijk ook verschillende soorten relaties. Niet alleen romantische relaties, maar bijvoorbeeld ook familierelaties en hoe je eigenlijk al vanaf je geboorte in een familie wordt gesocialiseerd. Hoe je daar eigenlijk al veel over machtsrelaties, dwang en controle leert.

Precies. Dat is ook een interessante als je nadenkt over partnergeweld. Meestal zie je dat daders uit een moeilijk nest komen, wat nogmaals geen excuus is, maar wel belangrijk is bij het vinden van een oplossing. Ik snap heel goed de woede van veel feministen en ik snap ook heel goed het sentiment ‘fuck mannen allemaal,’ want er zijn ook veel mannen die totaal niet committed zijn aan een betere man zijn en investeren in feminisme. Maar ik kan me er niet bij neerleggen dat er voor deze groep mensen geen hoop meer is. 

Mannen zijn natuurlijk ook slachtoffer van deze samenleving. Dat zien ze misschien niet altijd zelf zo, maar alle verwachtingen en stereotypen waar je aan moet voldoen kunnen zwaar op je schouders wegen. Dus het zou, wat je zegt, heel verdrietig zijn als je dan zegt, ‘we geven maar gewoon op.’ En dat geldt ook voor daders. Ik vind het zelf altijd vervelend hoe er in de media en de maatschappij een klopjacht wordt gevoerd op daders. Hoe er een obsessie is met zo hard en zwaar mogelijk straffen. Maar wat hebben we daaraan? Wat hebben we eraan als we iemand opsluiten? We hebben niet eens een gesprek met onszelf over wat onze eigen rol hierin is en hoe we dit kunnen voorkomen in de toekomst.

Ik ben het daar heel erg mee eens. Het feministische landschap in Nederland is erg ingesteld op het gevangenissysteem. Dat vond ik ook heel moeilijk om te navigeren in mijn boek. Het is namelijk radicaal in Nederland om te zeggen dat je tegen gevangenissen bent. Ik ben in het boek best kritisch over de politie, maar ik voel me ook niet helemaal rustig bij het idee dat ik zeg, ‘je moet niet de politie bellen in partnergeweld situaties,’ want er zijn natuurlijk situaties waarin iemands leven in gevaar is. Op dit moment is de politie het enige bestel dat je daartegen kan beschermen. Dan wil ik absoluut niet afraden om de politie er bij te halen.

Maar goed, ik vind het wel lastig dat Nederlands feminisme zo gevangenis minded is. Laatst is de verkrachtingswet veranderd zodat seks zonder instemming ook verkrachting is. Dat is natuurlijk zo, maar ik snap niet waarom juridische termen domineren over hoe wij zelf dingen ervaren. Of dat straatintimidatie waarschijnlijk gecriminaliseerd gaat worden, dat mensen femicide apart in het wetboek van strafrecht willen, omdat ze vinden dat dat hoger bestraft moet worden dan gewone moord. Dan denk ik, hoezo? Ik snap niet waarom feminisme gaat van ‘femicide, straatintimidatie en verkrachting zijn slecht en schadelijk’ naar gelijk honderd stappen overslaan en het zwaarder willen bestraffen. Ik geloof niet dat dat de beste oplossing is.

Tegelijkertijd, de politie en het gevangenissysteem zitten zo in de maatschappij verankerd, dat heel veel mensen, waaronder ikzelf, zich niet kunnen voorstellen hoe het anders kan. Ik heb wel boeken gelezen over transformative justice en community accountability*, maar ik kan me moeilijk voorstellen dat dat zou gebeuren en werken in Nederland. Ik kan het mensen dan ook niet kwalijk nemen dat ze snel denken aan straffende oplossingen. Maar ideaal is het niet.

Nee, het blijft een moeilijke kwestie. Maar het is wel goed om erover te praten en te filosoferen. Even weer terug naar jou en je boek. Je wordt vaak uitgenodigd als ervaringsdeskundige om te praten over partnergeweld. Ik las in een eerder interview dat die gesprekken soms aan de oppervlakte blijven en dat het vooral gaat over het geweld en hoe erg dat allemaal was. Waar vind je eigenlijk dat de focus moet liggen tijdens dit soort gesprekken?

We hadden het net al even over het gevangenissysteem. Dat is iets waarvan ik denk dat we het er meer over moeten hebben, want dat partnergeweld erg en heftig is, weten we inmiddels. Ik zou meer willen focussen op de oplossing en wat we zouden kunnen doen in plaats van de politie bellen. Wat zijn bijvoorbeeld veilige manieren voor mensen van kleur om partnergeweld aan te pakken? En ja, wat ik interessant vind zijn de genderdynamieken. Het is heel belangrijk om man-vrouw partnergeweld te zien in een patriarchale context en niet als, ‘geweld komt overal voor, dus we moeten het per individuele casus gaan bekijken.’  Elke partnersituatie is inderdaad anders. Maar het overgrote deel van de slachtoffers is vrouw en het overgrote deel van de plegers is man. Hier zit iets waar we naar moeten kijken. Waarom vinden zoveel mannen het blijkbaar hun recht dat ze hun vrouw of ex-partner mogen mishandelen of zelfs vermoorden? 

Ja, want welke rol spelen genderidentiteit en seksualiteit volgens jou in partnergeweld?

Vrouwen worden veel vaker slachtoffer dan mannen. Trans vrouwen worden nog veel vaker slachtoffer dan cis vrouwen. Dat speelt een enorme rol, niet alleen in partnergeweld, maar ook in de hulpverlening. Ik heb voor mijn boek een trans vrouw geïnterviewd die vertelde dat veel vrouwen uit haar gemeenschap soortgelijke verhalen hebben dat ze worden weggestuurd bij een blijf van mijn lijf huis omdat ze niet vrouw genoeg zouden zijn, omdat ze gezien worden als mannen. Dat is super schadelijk en dat gebeurt in Nederland nog steeds, redelijk veel ook. 

Wat ook terugkomt in mijn boek is dat ikzelf een biseksuele vrouw ben en dat dat voor mijn partner echt een extra rol speelde in het geweld dat zich in onze relatie afspeelde. Verschillende onderzoeken bevestigen ook dat biseksuele vrouwen veel vaker slachtoffer worden van intiem geweld dan hetero- of lesbische vrouwen en dat er vaak beroep wordt gedaan op stereotypes die bestaan over bi vrouwen. Een voorbeeld: biseksuele vrouwen worden het meest gerepresenteerd in pornografie met trio’s en dergelijke. Er bestaat daardoor een beeld van bi vrouwen dat we supergeil zijn de hele tijd en seks willen met alles wat los en vast zit. Dat zorgt voor hyperseksualisering en objectificering, waardoor mensen minder zicht hebben op je emoties en de autonomie over je lichaam. Daarnaast is er het stereotype dat biseksuele mensen overspelig zijn. Mijn partner was destijds heel jaloers en bang dat ik met iemand anders naar bed zou gaan. Hij wilde de hele tijd op m’n telefoon kijken en werd te pas en te onpas boos, omdat ik met iemand aan het praten was die hij niet kende. Dat zijn allemaal extra lagen waar biseksuele mensen mee te maken krijgen.

Wat zouden we als maatschappij moeten doen om partnergeweld aan te pakken denk je?

Ik denk dat het in eerste instantie een cultureel probleem is, dus dat er een cultuurverandering nodig is. Dat is natuurlijk moeilijk om zo een, twee, drie te bewerkstelligen. Ik geloof zelf in het model van de piramide van geweld. Mildere vormen van geweld, zoals seksistische grappen, leggen een bodem voor het respectloos behandelen van vrouwen. Uiteindelijk kan dat uitmonden in fysiek partnergeweld. Dus ik denk dat mannelijkheid an sich onder de loep genomen moet worden. Daarnaast is het belangrijk om elkaar aan te spreken op gedrag, opmerkingen of grapjes. We moeten een oogje in het zeil houden wat betreft de relaties van onze vrienden. Ernaar vragen en erover durven te praten, omdat het belangrijk is om een klankbordgroep te hebben en te horen wie wat belangrijk vindt en wie wat normaal vindt in een relatie. We moeten allemaal verantwoordelijkheid nemen.

*Transformative justice is een manier van denken over hoe we als maatschappij op geweld, misbruik en conflict reageren zonder daarbij nog meer geweld of misbruik te veroorzaken. Het doel is juist om het geweld, misbruik of conflict te verminderen. Community accountability gaat uit van een gemeenschap die verantwoordelijk is voor elkaar, waarbij de politie niet wordt ingeschakeld bij geweld, misbruik of conflict. De focus ligt dan op het helpen van daders met respect, zodat zij hun gedrag kunnen aanpassen. 

Over de auteur(s)

Schrijf mee

Wil jij helpen met het creëren van leuke content voor en door LHBT+? Bekijk hieronder onze vacatures.

Queers & sport – Bokscoach Jay Muller

In het drieluik ‘Queers & sport’ neemt Joey je mee langs initiatieven die sport inzetten als een manier om trauma’s te helen. Met deze keer bokscoach Jay Muller. 

Kiss & Tell: Het queer boyband boek

De leadzanger van de boyband Kiss & Tell gaat daten met de drummer van zijn voorprogramma. Aimee bespreekt het verhaal en de representatie vanhet boek Kiss & Tell.

Geen popartiest maar protestzangeres: Sinéad O’Connor

Sinéad O’Connor wilde geen popartiest, maar protestzangeres worden. Daar is ze in geslaagd: ze heeft zich uitgesproken voor gemarginaliseerde groepen waaronder de LHBTQIA+-gemeenschap en daarmee laten zien dat gerechtigheid haar meer waard was dan haar carrière.