Als je queer bent, kan het krijgen van kinderen een uitdaging zijn. Voor mij was het lang niet duidelijk wat nou eigenlijk de mogelijkheden zijn. Een paar weken geleden luisterde ik naar PodKast, een podcast over queer zijn door Merel en Max, die zelf beide queer zijn. In aflevering 4 is Sara Coster bij hen te gast. Zij is kinderwenscoach en legt haarfijn uit wat nu eigenlijk de opties zijn als je queer bent en een kinderwens hebt. Je kunt de opties grofweg verdelen in vier categorieën: adoptie, pleegzorg, co-ouderschap en donor- of draagmoederschap. Hieronder licht ik ze voor je toe aan de hand van die PodKast-aflevering.
Adoptie en pleegzorg
Adoptie is een vorm van kinderen opvoeden die ik al interessant vond toen ik jong was. Een vriendinnetje van mij op de basisschool was geadopteerd en had een heel fijn leven, fijner dan zij had gehad in het zielige arme land waar zij vandaan kwam. Inmiddels weet ik beter (iets met White Saviorism) en zie ik ook de consequenties van deze optie. Het momenteel mogelijk om uit zes landen een kind te adopteren. Het kan veel tijd en geld kosten en het is een ingrijpend besluit voor het kind. In Nederland komen maar weinig kinderen in het adoptieproces terecht en ook hierbij komt een uitgebreide procedure kijken.
Pleegzorg leek in mijn ogen erg op adoptie, maar dan tijdelijk. Toch verschillen deze mogelijkheden veel van elkaar. Wanneer je een kind adopteert, krijg je het volledig ouderlijk gezag over een kind. Dat betekent dat je ook juridisch ouder bent. Wanneer je een kind onder je hoede neemt als pleegouder, doe je dit vaak voor maximaal twee jaar. Daarna gaat het kind meestal weer terug naar de eigen ouders. Ook kun je pleegouder zijn waarbij je niet 24/7 voor een kind zorgt, maar bijvoorbeeld alleen in de weekenden of juist alleen op doordeweekse dagen. Dat verschilt natuurlijk per situatie.
Co-ouderschap
Een optie waar ik zelf nog niet echt bij stil had gestaan is de optie van het co-ouderschap. Hierbij deel je met meerdere mensen de opvoedingsverantwoordelijkheid. Dit kunnen bijvoorbeeld twee stellen zijn, of een stel en een draagmoeder. Juridisch gezien heeft het kind maximaal twee ouders. Over de uitbreiding hiervan, onder de naam ‘meerouderschapswet’, zijn al vragen gesteld in de Tweede Kamer. Later dit jaar komt daar hopelijk een besluit over.
Donor- of draagmoederschap
De laatste optie is de optie van het donor- of draagmoederschap. Voor het maken van een kind heb je grofweg drie ingrediënten nodig: een baarmoeder, een eicel en sperma. Als je beschikt over een baarmoeder en eicel, heb je twee opties om aan sperma te komen. Dit kan via een kliniekdonor of een contactdonor. Een kliniekdonor is iemand die je niet kent. Deze kan uit Nederland komen (binnenlands) of uit een ander land (buitenlands). Wanneer je kiest voor een kliniekdonor uit Nederland is deze niet bij het gezin bekend en wordt deze door een arts gekozen. Wel kan het kind vanaf 16 jaar contactgegevens opvragen, maar ook die informatie blijft beperkt. Een binnenlandse kliniekdonor kan van maximaal twaalf gezinnen deel uitmaken.
Wanneer je kiest voor een buitenlandse kliniekdonor heb je als ouders wel meer keuze. Dit kan bijvoorbeeld via de European Sperm Bank. Hier kun je je keuze maken uit honderden opties via verschillende filters en jouw keuze in je winkelmandje gooien. Je krijgt bij deze optie niet te maken met een wachtlijst. Wel kan jouw kind honderden half-brusjes hebben, omdat er voor elk land andere regels gelden.
Als je kiest voor een contactdonor, weet je zelf wie de donor is. Dit kan bijvoorbeeld een broer of neef zijn. Het is belangrijk om hierbij goede afspraken te maken, bijvoorbeeld over hoe vaak het kind diegene ziet en wat je tegen het kind vertelt. Wanneer je kiest voor draagmoederschap, komen daar gelijksoortige vragen bij kijken. De draagmoeder kan een kind baren van diens eigen eicel of die van een ander. De draagmoeder is niet opvoedingsverantwoordelijk. Mocht je dat wel willen, dan is co-ouderschap een optie.
In gesprek met ervaringsdeskundigen
In een notendop ben ik nu even door de opties gevlogen. Hierbij heb ik geprobeerd zo objectief mogelijk te zijn, al lukt me dat natuurlijk niet helemaal. Met geen van deze opties heb ik persoonlijke ervaring. Daarom wil ik in gesprek gaan met mensen die dat wél hebben, bijvoorbeeld ouders die op onconventionele wijze een kind hebben gekregen of opgevoed, en kinderen die zelf bij queer ouders zijn opgegroeid. Hiervoor ben ik nog op zoek naar mensen die met mij willen spreken, dus mocht je iemand zijn of kennen, stuur me dan zeker een mail via jamie@expreszo.nl.
Over de auteur(s)
Jamie
Jamie is sinds 2022 naast redacteur ook eindredacteur bij Expreszo. Daarnaast geeft ze tekenen op een middelbare school. Zelf maakt ze graag kunst waarin gender en seksualiteit een belangrijke rol spelen. Voor Expreszo schrijft ze daarom ook graag over kunst, het onderwijs en de LHBTQIA+-gemeenschap en vindt ze het leuk om nieuwe onderwerpen te ontdekken.