In Regenboogrubriek over politiek helpen we je met het kiezen van een partij om de aankomende verkiezingen in maart 2021 op te stemmen. We laten zien welke partijen denken aan jouw belangen als LHBT+’er of als iemand die geeft om de rechten van LHBT+. In een eerder artikel zetten we op een rijtje wat partijen in 2017 beloofden te doen voor onze gemeenschap. Dit keer doken we nog wat dieper in deze verkiezingsprogramma’s, legden we ze naast elkaar en keken we wat deze woorden kunnen betekenen. Hoe inclusief zijn de partijen op het gebied van taalgebruik? In wat voor context hebben ze het over onze belangen en in hoeverre zijn zij op de hoogte van actualiteiten omtrent de LHBT+-gemeenschap? In dit artikel lichten we een aantal thema’s uit die ons opvielen.
De verkiezingsprogramma’s naast elkaar
Wanneer we de verkiezingsprogramma’s naast elkaar leggen, vallen er verschillende dingen op. Zo verschilt zowel de taal waarmee als de context waarin er over de LHBT+-gemeenschap gepraat werd per partij. Hieronder lichten we een aantal opvallende kwesties uit.
Taalgebruik
In een eerder artikel lieten we het belang van taal zien. In het geval van verkiezingsprogramma’s is taal ook belangrijk. Zo signaleert het hoe inclusief een partij is wanneer het gaat om de LHBT+-gemeenschap. In de verkiezingsprogramma’s van 2017-2021 zien we bijvoorbeeld dat BIJ1 spreekt van LHBTQIA+ waar andere partijen het hebben over LHBTI (SP, D66, GroenLinks, PvdA, PvdD) of enkel/vooral homoseksualiteit (VVD, FvD). Bij1 is daarmee het meest inclusief als het gaat om taalgebruik. Zij hebben het over “ lesbiennes, homoseksuelen, bi-seksuelen, transgenders, queers, interseksuelen en anders-seksuelen”*. Dit terwijl andere partijen het alleen hebben over de eerste vijf. Daar tegenover staan partijen als PVV, SGP, CDA en ChristenUnie. Zij spreken geen enkele keer over de belangen van LHBT+’ers. Ook het gebrek aan bepaalde taal kan daarmee veel zeggen over de waarde die partijen hechten aan de belangen van LHBT+’ers.
In het partijprogramma van de VVD komt ‘transgender zijn’ overigens wel ter sprake. Zo lieten zij weten dat ze geen onderscheid maken tussen hetero’s, homo’s, biseksuelen en transgenders*. Je mag volgens hen houden van wie je wilt. Hieruit blijkt echter dat VVD het begrip transgender niet heel duidelijk heeft. Het begrip transgender* heeft namelijk weinig te maken met van wie je houdt. Het gaat vooral om als wie je van iemand houdt.
Context
Daarnaast valt het op dat partijen als VVD en de FvD de rechten van homoseksuelen vooral in de context van migratie ter sprake brachten. Voor de FvD is dit zelfs de enige keer dat zij spreken over de belangen van LHBT+’ers. We kunnen dit zien als onderdeel van het homonationalisme, een begrip wat in 2007 geïntroduceerd werd door Jasbir K. Puar. Eerder plaatsten we op onze site een artikel van Buzzfeed over homonationalisme waarin duidelijk werd hoe verschillende partijen (met voorop de PVV) homorechten inzetten als wapen tegen de zogenoemde migratiestroom. Partijen klampen zich vast aan het idee dat ‘wij Nederlanders’ tolerant en progressief zijn richting de LHBT+-gemeenschap. ‘Wij’ hebben het homohuwelijk en ‘wij’ vinden homo’s dus leuk en oke. ‘Wij’ moeten daarom de geaccepteerde maar kwetsbare LHBT+-gemeenschap beschermen tegenover ‘zij, de asielzoekers’ die hierheen komen en homoseksualiteit per definitie afkeuren.
Je kunt je hierbij terecht afvragen of het doel hier wel bij de belangen van de LHBT+-gemeenschap ligt. In het geval van homonationalisme ligt het doel helaas namelijk vaker bij het tegen gaan van immigratie. Dit zien we terug in het verkiezingsprogramma van de FvD die verder geen woord repte over de belangen van LHBT+’ers. Ook de VVD toonde in het partijprogramma verder weinig concrete plannen op het gebied van LHBT+-emancipatie.
Ondanks dat partijen als Groenlinks, PvdA en D66 ook aandacht besteedden aan LHBT+-kwesties omtrent asielzoekerscentra deden zij dit wel in combinatie met andere concrete plannen voor de bescherming van LHBT+’ers. Wat deze plannen waren, kun je teruglezen in het artikel over de verkiezingsprogramma’s van 2017-2021. Zij zochten de oplossing daarnaast vaker in voorlichting dan in de stop op migratie. Een partij als BIJ1 houdt deze onderwerpen apart. Ze hebben aandacht voor vluchtelingen die ook LHBT+ zijn, maar houden de onderwerpen migratie en LHBT+-geweld van elkaar gescheiden.
Hoe normaal is het hier eigenlijk?
Een ander voorbeeld van homonationalisme zien we in het partijprogramma van de VVD uit 2017 waarin ze lieten weten: “We vinden het normaal als twee mannen hand in hand lopen. Of twee vrouwen. Die vrijheid neemt niemand ons af.” Het gaat er vanuit dat er iemand is die deze vrijheid af wil nemen en dat we het in Nederland al normaal vinden. De VVD gaat hier voorbij aan het feit dat dit ook in Nederland nog lang niet normaal gevonden wordt.
Niet voor niets zijn er in Nederland nog steeds 15 plekken bekend waar homogenezing plaatsvindt en is ‘homo’ in Nederland nog steeds een van de meest gebruikte scheldwoorden. Ook de Nashville-verklaring die onder andere getekend werd door de partijleider van de SGP gaf een flinke deuk in ons imago van ‘homotolerant’ land (een term waar we eerder al een boekje over opentrokken). Om nog maar niet te spreken over het geweld (online en fysiek) dat de LHBT+-gemeenschap hier nog veel te vaak meemaakt. Toen er een motie over een verbod op homogenezing ingediend werd, stemden partijen als PVV, FvD, SGP, CDA en ChristenUnie tegen. Het verbod is er op dit moment overigens nog steeds niet. Als kers op de taart werd in maart 2020 uit de Rainbow Index van ILGA Europe ook bekend dat we niet meer in de top 10 van ‘homovriendelijke’ landen vallen. En zo kunnen we helaas nog wel even doorgaan.
Ondanks dat een partij als de VVD laat weten het normaal te vinden dat de LHBT+-gemeenschap bestaat, is dit in Nederland zelf dus nog lang niet zo normaal. Volgens de FvD zou het remmen van de migratiestroom onze waarden op het gebied van homoseksualiteit moeten beschermen. Maar hoe kunnen we iets beschermen wat we niet hebben?
Aanpassen waaraan?
Het feit dat migranten (en daarmee ook moslims) hier tegenover worden gezet als een groep die LHBT+-mensen niet accepteert, wordt daarmee nog vreemder. Het probleem wordt bij de ander gelegd, terwijl het bij onszelf nog allesbehalve oké is. “Moslims moeten zich aanpassen aan onze normen en waarden, maar zelf doen we het niet”, is hoe Romy van Dijk het ook wel omschreef in de podcast Het redelijke midden. Een uiteindelijke verklaring van LHBT+-geweld is niet te reduceren tot etniciteit of religie. Dat gaat veel dieper dan dat en moet dan ook op verschillende lagen worden aangepakt. Bovendien kunnen we onze lichamen als deel van een gemarginaliseerde groep niet laten gebruiken als stok om een andere gemarginaliseerde groep mee te slaan. Partijen die wel verder kijken als etniciteit en religie zijn bijvoorbeeld GroenLinks, D66, BIJ1, PvdD en PvdA. Zij kijken bijvoorbeeld naar mogelijkheden in aanpassing van Nederlandse wetten en voorlichting van iedereen in Nederland.

Christelijke partijen
Ook Christelijke partijen laten zien dat LHBT+ zijn in Nederland zo normaal nog niet is. CDA en ChristenUnie spreken zich in hun partijprogramma niet specifiek uit over LHBT+. De Christelijke partij die dit wel doet, is de SGP. De SGP spreekt zich namelijk uit tegen de rechten van onze gemeenschap. Zo zijn zij niet alleen tegen het “ homohuwelijk” , maar ook tegen het adopteren van kinderen als koppel van hetzelfde geslacht. Om over de rest van het partijprogramma nog maar te zwijgen. Het feit dat een partij als SGP nog altijd een zetel heeft in de Tweede Kamer laat duidelijk zien hoe dit gedachtegoed ook in Nederland nog in grote getalen bestaat.
Intersectionaliteit
Partijen als FvD, PVV en de VVD gaan tot slot voorbij aan het concept van intersectionaliteit. Dat het stoppen van migratie de LHBT+-gemeenschap zou beschermen impliceert niet alleen dat elke migrant tegen de LHBT+ zou zijn. Hierachter schuilt ook het idee dat migranten niet óók LHBT+ kunnen zijn. Zij bestaan niet of krijgen in ieder geval geen aandacht in de verkiezingsprogramma’s. Partijen als PvdA, BIJ1, D66 en GroenLinks nemen deze intersectionaliteit wel mee door aandacht te besteden aan extra bescherming voor deze groep en de focus te leggen op voorlichting. Afgezien van dit onderwerp, besteden partijen in hun partijprogramma weinig aandacht aan de aspecten van intersectionaliteit op het gebied van de LHBT+-gemeenschap. Er is bijvoorbeeld geen specifieke aandacht voor de verschillen tussen LHBT+-personen van kleur of LHBT+-personen met een beperking.
Alle partijen op een rijtje
Al met al kunnen we stellen dat niet iedere partij die spreekt over onze rechten het beste beentje met ons voor heeft. Zo laat FvD vrij duidelijk doorschemeren dat zij meer bezig zijn met het tegengaan van migratie dan met de daadwerkelijke rechten van LHBT+’ers. En ook van de VVD hoeven we niet veel te verwachten. Naast dat zijn er helaas ook nog partijen die zich in de verkiezingsprogramma’s niet hebben uitgesproken over de rechten van onze gemeenschap. Dit zijn, naast de PVV, vooral Christelijke partijen, zoals het CDA en de ChristenUnie. Een derde Christelijke partij, SGP, sprak zich indirect zelfs uit tegen rechten LHBT+-ers. Partijen als GroenLinks, PvdA, D66 en SP zijn gelukkig meer met ons bezig. Zij laten op meerdere manieren zien dat ze op de hoogte zijn van wat er binnen onze gemeenschap nodig is. BIJ1 steekt hier met kop en schouders bovenuit. Zij laten zien LHBT+-kwesties op meerdere manieren aan te pakken. Ze zijn het meest inclusief op het gebied van taal en weten bovenal het onderscheid te maken tussen het aanpakken van LHBT+-geweld en het aanpakken van kwesties omtrent migratie.
*Verschillende partijen spreken van ‘een transgender’ of ‘transgenders’. Bij ExpresZo spreken wij echter van ‘transgender personen’, omdat dit een transgender persoon taalkundig gezien erkent als persoon. Om inzicht te krijgen in de taal die verschillende partijen gebruiken is dit in het artikel niet gewijzigd.
Over de auteur(s)
Milou
Milou studeert momenteel Humanistiek en is vanaf jongs af aan gezegend met een afkeer voor het woord ‘normaal’ en door de maatschappij verzonnen hokjes die bepalen wat ‘normaal’ inhoudt. Een afkeer die ze graag met de rest van de wereld deelt.