Ik lig op bed een beetje op mijn telefoon te kijken. Doom scrolling is het niet echt. Eerder bore scrolling. Uniek is deze activiteit niet. De locatie wel: ik lig namelijk op het bed waar ik als kind in sliep. In wat nu de logeerkamer is in het huis van mijn ouders. En nee, ik ben hier niet op bezoek. Door een gebrek aan woonruimte logeer ik tijdelijk/permanent bij mijn ouders.
Het contract met mijn voormalige verhuurder heb ik een dag eerder opgezegd. Al een half jaar zit ik met de wietlucht van een ander in mijn eigen huis. Mijn buren hebben hier ook over geklaagd. Afgezien van wat lafhartige acties wil de verhuurder dit probleem niet structureel oplossen. Omdat ik wel iets beters te doen heb, heb ik besloten dan maar weer tijdelijk bij mijn ouders in te trekken.
Een goed alternatief voor eigen woonruimte heb ik niet; waar haal ik op korte termijn een andere woning vandaan? Ik verdien te veel voor een sociale huurwoning. En een huis kopen kun je wel vergeten als zzp’er. Dus ben ik overgeleverd aan huren in de oververhitte middensector.
Langzaam sijpelt binnen dat ik midden in de woningcrisis zit. Op papier heb ik dezelfde kansen als iedereen. Maar in de praktijk valt die gelijkwaardigheid behoorlijk tegen.
Single
Een grote dimensie hiervan is dat ik alleenstaand ben. Op zo’n beetje alle woningsites lees ik dat het hebben van een partner een groot voordeel is om een huurwoning. Met name financieel; een huishouden met dubbel inkomen is nou eenmaal stabieler.
Ben ik de enige die in deze situatie zit? Bij lange na niet. Op datingapps komen regelmatig teksten voorbij als ‘alleen samen krijgen we een hypotheek’. Ook huren als alleenstaande is zo goed als onmogelijk. En dat is vreemd, aangezien 40% van de mensen tegenwoordig alleenstaand is. Een trend die volgens onderzoekers alleen maar zal toenemen de komende jaren. Best gek dat de woningmarkt hier niet op in lijkt te spelen.
Ondernemerschap
En dan de volgende eis: er wordt bijna altijd gevraagd om een vast contract en inkomsten uit loondienst.

Zo heb ik letterlijk een aantal websites van verhuurders gezien die zich ‘vrijwel alleen inzetten voor werkenden’. De rest (studenten, garantstellers en ondernemers) beschouwen zij als ‘maatwerk’.
Het bizarre is dat de hoogte van inkomen hierin geen rol speelt. Ik heb een goedlopende zaak en heb maandcijfers waar je pa nog jaloers op zou zijn. Ik werk met afdelingshoofden, bestuurders en internationale bedrijven. Aan de (overigens ook bizarre) inkomenseis voldoe ik bijna altijd. Maar door de bron van mijn inkomsten (zzp’er!) wordt ik niet serieus genomen.
Kleur
En als laatste, maar zeker niet het minste punt: mijn huidskleur. Uit onderzoek blijkt dat er op grote schaal gediscrimineerd wordt op de huizenmarkt.
Ik heb een vrij Nederlands klinkende achternaam. Zelf heb ik het idee dat mensen niet altijd vermoeden dat iemand met mijn naam een persoon van kleur kan zijn. Reacties als ‘Oh, ben jij Joey?’ krijg ik regelmatig. Ook bij bezichtigingen. Of dit ook mijn kansen verkleind om de woning toegewezen te krijgen kan ik natuurlijk niet hard maken. In ieder geval heb ik niet echt het idee dat de hoeveelheid pigment in mijn huid in mijn voordeel werkt.
Ongelijkheid is een huis
Laten we even de balans op maken. Sowieso is de concurrentie (heel raar om te zeggen over mijn medelanders) moordend. Hugo ’s nieuwe huurwet heeft op de lange termijn voor perspectief gezorgd; het plafond gaat omlaag en er komen meer woningen beschikbaar voor verkoop. Hierdoor komt uiteindelijk een doorstroom op gang. Maar daar heb ik nu helemaal niks aan. Sterker nog, op korte termijn wordt huren veel moeilijker. Daarnaast ben ik alleenstaand, niet-wit en heb ik geen vast contract omdat ik freelancer ben.
Een van de meest voordehandliggende manieren is dus om een partner te vinden die wel aan deze eisen voldoet. Ik zou bijna zeggen: witte man gezocht. (In principe zou ieder wit mens ook goed zijn trouwens. Alleen ben ik toch wel echt overwegend homoseksueel.)
Daar zijn alleen twee problemen mee. Allereerst moeten veel witte homo’s mij niet (zie ook een eerder artikel van mijn hand over dit onderwerp). En zelfs als ik een partner vind, is dat alsnog geen garantie. Uit onderzoek blijkt namelijk ook dat queer koppels gediscrimineerd worden bij het vinden van een woning.
En ten tweede: ik wil niet leven in een land waar het recht om te wonen alleen verzilverd kan worden door het hebben van een relatie.
‘Hard werken’
Machtstructuren die er al waren worden door de huizencrisis dus versterkt. Staat mijn leven dan echt stil totdat ik een witte man met een vast contract of rijke ouders aan de haak sla? Ik vind het doodeng om te bedenken dat de komende tien jaar bepaald wordt door factoren waar ik geen invloed op heb.
Ik ben opgegroeid met het idee dat je met hard werken alles kunt bereiken. Als we even naar de feiten kijken, moet ik tot de conclusie komen dat het ideaal van de meritocratie (je sociaal-economische positie is gebaseerd op je verdiensten) gewoon niet waar is. Daarmee vind ik de realiteit, op zijn zachtst gezegd, on-Nederlands.
Als trainer diversiteit en inclusie quote ik vaak uit het boek De inclusiemarathon: “Wie niet actief aan de slag gaat met inclusie, sluit actief mensen uit.” Ik wil best geloven dat de mensen die aan de knoppen draaien in dit land nooit bewust de intentie hebben gehad om queer personen van kleur met een onderneming uit te sluiten. Maar dat wil niet zeggen dat het niet gebeurt.
Invloed
Tijd om de balans op te maken. In de basis ben ik eigenlijk best tevreden met mijn leven: ik weet wie ik ben, heb een fijne kring vrienden en familie om mij heen en heb een goedlopende onderneming.
Het zit in mijn karakter om in opties te denken, en vooral de mogelijkheden te zien. Zaken die binnen mijn sfeer van invloed liggen zijn uitgezet. Ik heb een abonnement bij een bekende huurwebsite. Ook heb ik voor het eerst in mijn leven een makelaar ingeschakeld. En al mijn vrienden en kennissen weten dat ik op zoek ben naar een huis.
Toch beklijft mij het gevoel dat dit een kwestie is van geluk hebben. En dat de kans op pech veel groter is.
Conclusie
Je zou kunnen zeggen dat mijn verhaal een perfect voorbeeld is van een intersectioneel drama. Ik ben in zo’n beetje alles het tegenovergestelde van de norm van ideale huurder. Waardoor ik als woningzoekende muurvast zit. En andere alleenstaande queer personen van kleur met een onderneming, met mij.
Joey’s boek over mannelijkheid, waarin onder andere dit intersectionele perspectief aan bod komt, verschijnt deze zomer
Over de auteur(s)
Joey
Joey Velberg (hij/hem) is Jonge Meester in de Levenskunst. Zijn missie is om jou en je organisatie te bewegen naar bewust zijn. Hij werkt als freelance coach, opsteller, schrijver, trainer en spreker. Zo draagt Joey bij aan een wereld verenigd in diversiteit.




