Sinds een tijdje dans ik bij een dansschool in de buurt. Vanaf het eerste moment heb ik me voorgenomen om niet te liegen over mijn seksuele voorkeur (iets wat ik voorheen wel eens deed), maar het ook niet te groots aan te kondigen. Dat is overigens niets voor mij. Maar om het tussen neus en lippen door even te noemen, dat lukt me ook niet altijd. Met een vriendin sprak ik hierover en zij zei nooit een coming-out te doen. Dat is onzin, dacht ik toen. Ik kom echt continu uit de kast en daar ben ik me altijd van bewust. Omdat het vandaag op 11 oktober Coming-Outdag is, vertel ik je graag meer over mijn ervaring met dit soort ‘mini coming-outs’.
Nationale Coming-Outdag
Dat er wat haken en ogen zitten aan het concept van Coming-Outdag, besprak Rocher twee jaar geleden al. Niet iedereen kan of wil uit de kast komen en dat hoeft ook helemaal niet. Zolang je maar doet wat voor jou prettig is en wat in jouw situatie het best is voor jezelf. Je identiteit verandert niet door het aan anderen te vertellen. Het enige dat hierin telt is jouw eigen gevoel.
Als je wél uit de kast wil komen, blijft het vaak niet bij die ene keer dat je met je ouders om tafel zit, het moment waarop je het op je socials deelt of die ene avond waarop je je partner voorstelt op een feestje. Steeds wanneer je een nieuw persoon ontmoet, maak je opnieuw de afweging om wel of niet te vertellen dat je queer bent. Kies je er dan voor om het wel te doen, dan noem je dat een ‘mini coming-out’.
De eerste keer dat ik hoorde over de term ‘mini coming-outs’ was in het boek Queer Baby. Het was voor mij heel herkenbaar om over de ervaringen van anderen te lezen. Zo vermijd ik ook vaak voornaamwoorden als ik praat over mijn huidige relatie of als ik spreek over een ex. En als mensen me vragen of ik een vriend heb – want daar gaan ze vanuit in deze heteronormatieve samenleving – zeg ik meestal meer dan alleen “nee”. Want nee, ik heb geen vriend, maar ik heb wel een partner.
Mijn mini coming-outs
Zo fietste ik een paar weken geleden samen met iemand van de dansschool naar huis en toen was toch het moment daar. Ik zei “ik app even mijn partner dat ik onderweg ben”. Ze reageerde hier wat verbaasd op en zei dat ze ‘partner’ wel heel formeel vond klinken. Even was er bij mij de twijfel, moest ik hier op reageren? Wat zou zij er van vinden? Ik had nu al een paar weken geen moment gevonden om casual te vertellen dat ik queer ben en nu leek me wel passend. Dus in een halve seconde verzamelde ik al mijn moed en zei ik: “Oh, ik vind dat wel meevallen, ik noem mijn partner altijd zo. Die is non-binair namelijk, dus ‘vriend’ of ‘vriendin’ volstaat niet”.
Op zo’n moment probeer ik dan altijd zo open en vrolijk mogelijk te zijn. Ik wil uitstralen dat het normaal is voor me en het me niets doet. Maar die openheid is ook maar schijn, omdat het voortkomt uit een angst om niet geaccepteerd te worden. Onbewust zie ik mijn queer identiteit als een minpunt, iets dat gecompenseerd moet worden. Dat doe ik door antwoord te geven op alle vragen die ik krijg, of door vriendelijk mee te lachen met eventuele grapjes die volgen. Alles wat ik denk dat de ander nodig zou kunnen hebben om mij nog steeds als gelijke te zien.
Terwijl ik dit schrijf, denk ik dat de vriendin die ik noemde misschien gelijk heeft. Misschien komt zij nooit uit de kast omdat ze niet de spanning, twijfel en angst ervaart die ik wel ervaar. Bij mij zit het dieper. Ik heb altijd een stem in mijn achterhoofd die me vertelt dat het misschien anders kan uitpakken dan ik hoop. Mijn ervaringen met ‘uit de kast komen’ zijn eigenlijk allemaal wel positief. En toch blijft de angst. Die uit zich soms in trillende handen of een haperende stem. Op andere momenten ben ik er zekerder van dat het goed zit en ontsnapt me alleen een zenuwachtige glimlach. Maar de spanning zit er altijd. Hoe graag ik ook zou willen dat het anders was.
Het einde van de coming-out
Bij deze Nationale Coming-Outdag heb ik daarom gemengde gevoelens. Enerzijds denk ik dat het goed is om stil te staan bij het feit dat het voor velen moeilijk (of zelfs onmogelijk) is om jezelf te zijn. Aan de andere kant zou ik willen dat deze dag overbodig is. Dat het niet meer nodig is om uit de kast te komen en om die spanning en angst te voelen, maar dat het zo normaal is dat je het niet meer expliciet hoeft te benoemen. Dat zou het einde betekenen van de hele term ‘coming-out’ en ik hoop dat we dat punt ooit bereiken.
Tot die tijd blijft het je eigen keuze om wel of niet uit de kast te komen bij wie dan ook. Het maakt je niet meer of minder queer, of het nu gaat over je eerste coming-out of over alle mini coming-outs die daarna al dan niet volgen. Zolang je maar kiest wat voor jou op dat moment goed voelt en waarbij jij jezelf het meest veilig voelt. Dus vier deze dag in stilte, vier het uitgesproken, of vier het helemaal niet. Uiteindelijk is jouw gevoel het enige dat belangrijk is.
Over de auteur(s)
Jamie
Jamie is sinds 2022 naast redacteur ook eindredacteur bij Expreszo. Daarnaast geeft ze tekenen op een middelbare school. Zelf maakt ze graag kunst waarin gender en seksualiteit een belangrijke rol spelen. Voor Expreszo schrijft ze daarom ook graag over kunst, het onderwijs en de LHBTQIA+-gemeenschap en vindt ze het leuk om nieuwe onderwerpen te ontdekken.