Na Moffie (nog te zien op Picl) brengt OUTtv nog een Zuid-Afrikaanse LHBT+-film uit: Kanarie. Beide films spelen zich af in de jaren tachtig en gaan over het leger, maar waar in Moffie de focus ligt op de homofobe omgeving en het ruwe leven van de nieuwe rekruten, focust Kanarie op de jonge Johan die zelf zijn grootste tegenstander is. Om niet te hoeven vechten meldt hij zich aan voor de zogenaamde ‘Kanaries’. Dit is het kerkelijke koor dat rondreist om voor de achtergebleven familie van rekruten te zingen. En het dient natuurlijk ook ter propaganda van de zaak van het leger, die strijdt tegen de zwarte bevolking en communisten.
Kanarie begint pakkend, met Johan die door twee vriendinnen in een trouwjurk gehesen is en vervolgens uitgedaagd wordt om over straat te lopen. Daarop volgt een levendige uitvoering van Smalltown Boy van Bronski Beat. Johan straalt in de fantasie die hij heeft. De bubbel spat al snel uit elkaar als de dominee in zijn woonplaats hem ziet en zegt dat zijn vader hem vooral niet in deze kleding moet zien. Niet alleen dat, ook de oproep voor zijn dienstplicht ligt op de mat. Het pakkende begin zet niet door. Wel zijn er nog een aantal andere gave sequenties in de film te zien waarin Johan los kan gaan op popmuziek uit de jaren tachtig.
Wat Kanarie onderscheidt is de bijzondere stijl. Elke scène is één shot. Hoewel technisch indrukwekkend, zorgt dat ook voor een zekere afstand tot de personages. Alles ziet er prachtig en gelikt uit, maar het voegt inhoudelijk weinig toe aan de film. Daardoor is deze stijlkeuze eerder een gimmick dan gereedschap om het verhaal kracht bij te zetten. Omdat de stijl zo aanwezig is, is het ook lastiger om echt meegenomen te worden door de film.
Dat Kanarie kiest voor een ander perspectief dan simpelweg dat van de nieuwe rekruten zoals in Moffie, zou een interessante inkijk kunnen geven in een totaal ander gedeelte van het leger. Helaas is er weinig diepgang voor de personages rond Johan. Het meest interessant is de koorleider en pastoor die genuanceerde opvattingen heeft en een duidelijk moreel kompas. De scène waarbij Johan hem vertelt dat hij homo is, is een van de sterkste van de film. Er zijn geen pasklare antwoorden, maar wel begrip. Toch roept de film vooral nauwelijks uitgewerkte vragen op, bijvoorbeeld over de propagandistische functie die het legerkoor heeft. Een van de toeschouwers bij een concert kaart de rol ervan aan, maar daar gebeurt niets mee.
Ook Johans ontdekking en worsteling met zijn seksualiteit voelt weinig nieuw. Door de beginscène en het feit dat hij enorm fan is van Boy George en Culture Club, valt het tegen als de film uiteindelijk toch vooral draait om de zelfhaat. Daarmee wordt het originele gegeven om popnummers op te voeren en een legermusical te maken niet volledig benut. En dat is jammer, want juist als Johan en zijn medekoorgenoot Wolfgang over hun liefde voor dezelfde bands praten voelen deze personages het meest levensecht aan. Dat hun daaruit voortkomende relatie niet het echte hart van de film vormt, is dan ook een gemiste kans.
Vanaf vandaag is Kanarie online te zien op Picl.