*RATS* Weer een waxstrip die van mijn rug wordt getrokken. Terwijl ik met mijn hoofd in het gat van de tafel gedrukt lig, vraag ik me af of de pijn die de aardige man van de waxsalon mij aandoet het allemaal wel waard is. ‘Dit is de laatste keer,’ besluit ik. En zo begint een lange tocht naar zelfacceptatie.
Mijn lichaam en de bijbehorende beharing – lees: mijn rughaar – is al jaren een punt van onzekerheid. Ik heb nooit het gevoel gehad dat ik in het ‘perfecte plaatje’ van de maatschappij paste. Ik heb geen sixpack, geen glad en onbehaard lichaam, alleen mijn lengte zou je als ‘perfect’ kunnen zien. Op de middelbare school maakte ik mij hier nog niet zoveel zorgen over. Naarmate ik ouder werd en ook mijn intrede in de LHBT+-gemeenschap maakte, begon ik mij steeds onzekerder te voelen over mijn lichaam. Ik merkte dat ik mijn shirt moeilijker uittrok als er mensen bij waren en dat ik mijzelf constant vergeleek met andere mannen. Bij hen zag ik nooit zo veel lichaamshaar, of een extra vetrolletje. Laat staan bij alle ‘perfecte’ mensen op social media. ‘Hebben zij dat dan niet, of laten zij dat weghalen?’ vroeg ik mij dan af. Ik vraag me dit nog steeds eigenlijk wel af. Zijn er dan zó veel mannen waarbij er gewoon geen lichaamshaar groeit?
Op een gegeven moment, rond mijn 16e, werd mijn onzekerheid zo groot dat ik tripjes met vrienden naar het strand of een meertje in de buurt afzegde. Ik schaamde mij zo voor mijn lichaam en al het haar dat overal groeit. Omkleden, zelfs alleen even een nieuw T-shirt aandoen, deed ik altijd in een aparte ruimte. Ik merkte dat ik ook tijdens uitgaan constant bezig was met mijn lichaam. Als ik een keertje sjans had met een leuke jongen durfde ik niet met hem mee naar huis te gaan. Ik was dan bang dat hij teleurgesteld zou zijn dat ik geen strak en afgetraind lichaam heb, maar een wat voller lichaam met overal haar.
Eén van de dingen die deze onzekerheid versterkt is social media. Ik heb er een haat-liefde verhouding mee. Aan de ene kant is het een plek die barst van de creativiteit. Aan de andere kant is het een plek geworden die de illusie creëert dat we allemaal perfect moeten zijn. Ik betrap mijzelf er steeds vaker op dat ik hier zelf aan meedoe. Daarom probeer ik ook de ‘echte’ momenten te laten zien. Momenten waarop het leven even tegenzit of onzekerheid de overhand neemt. Een social media psycholoog die ik vorig jaar interviewde over body image en social media zei: “Als we onszelf met anderen vergelijken, hebben we de neiging om een zogenaamde ‘downward social comparison’ te doen. We gaan ons vergelijken met mensen die er slechter aan toe zijn dan wijzelf, om onszelf beter te laten voelen. Als je die mensen niet kan vinden op bijvoorbeeld Instagram of Grindr, dan wordt dat lastig vergelijken en gaat het regeltje niet meer op. Dan is er een ander regeltje dat zegt: ‘zie je wel, niemand is er slechter aan toe dan jij. Het is allemaal beter dan jouw vette buik.’”
Ik mis op Instagram, maar ook in andere media, de representatie van vollere mannen. Van mannen met een lichaam dat niet voldoet aan de eisen van de maatschappij en zich inzetten voor body positivity. Populaire LHBT+-accounts maken om de haverklap posts met lijstjes van ‘de lekkerste mannen om te volgen’ of ‘de 12 hotste roodharigen’, maar een ode aan de vollere man ben ik nog niet tegengekomen. Er zijn wel accounts die hier héél af en toe een post aan wijden. Wanneer iemand dan geen afgetraind lichaam heeft wordt het meteen ‘dapper’ genoemd dat hij bijvoorbeeld een shirtless foto heeft gepost. Hierdoor houden we met z’n allen het stereotype dat er al zo heftig binnen de gemeenschap heerst, in stand.
En toch volg ik die accounts zelf ook keer op keer. Eens in de zoveel tijd, als ik merk dat ik weer ongelukkig word van alle afgetrainde lichamen die ik heb gethirstfollowd, doe ik een rondje waarbij ik ze er allemaal weer afgooi. Een soort vicieuze cirkel die na een paar weken weer opnieuw begint. Ook op datingapps ontkom je niet aan de voorliefde voor een ‘perfect’ lichaam. Op Grindr zijn de profielen met ‘no fats’, ‘masc4masc’ en ‘muscled only’ niet aan te slepen. Net als het aantal keren dat ik geen reactie kreeg, of werd geblokkeerd nadat ik mijzelf eindelijk zo ver had gekregen om een shirtless foto te sturen. Het zijn dingen die mijn onzekerheid bevestigen.
Het afgelopen jaar ben ik op Instagram steeds meer mensen tegen gekomen die zich wél uitspreken over body positivity. Deze mensen, bijvoorbeeld Marco Dreijer hebben mij laten zien dat je lichaam ook prachtig is als het niet voldoet aan de eisen van de maatschappij. Dat iedere imperfectie mij perfect maakt en dat iedere haar die ik op mijn lichaam heb bij mij hoort en mij maakt tot wie ik ben. Een tip van Marco die mij is bijgebleven, is om in je ondergoed voor de spiegel te gaan staan en naar jezelf te kijken. Gewoon kijken en dingen opnoemen aan jezelf die je mooi vindt. Ik ben dit gaan doen en vond het in het begin zó ongemakkelijk. Ik heb dit vooral in mijn hoofd uitgesproken, want toen ik het een keer hardop probeerde vond ik dat nóg ongemakkelijker. Hoe moet je iets liefs over jezelf zeggen als je niets aan je lichaam mooi vindt?
Ik verdiepte me meer in de body positivity-beweging en langzaam merkte ik dat ik mij steeds zelfverzekerder over mijn lichaam ging voelen. De afgelopen tijd heb ik niet eens meer aan die waxstrips gedacht. Een jaar geleden heb ik voor het eerst sinds tijden weer gezwommen. In de zee. Zonder shirt aan. Met honderden andere mensen op het strand die mij allemaal konden zien. En twee weken geleden heb ik zelfs een foto op Instagram gepost waarop mijn rughaar te zien is. Iets wat ik een jaar geleden nooit had gedurfd. Ik vond het doodeng om te plaatsen, maar ben ontzettend blij dat ik dit heb gedaan. Ik ontving berichten van mannen die zeiden dat ze het ook moeilijk hebben met hun lichaam en dat ze support uit mijn post halen. Het ontroerde me om die berichten te lezen. Er zijn zo veel mensen die net als ik onzeker zijn over hun lichaam, terwijl we allemaal prachtig zijn zoals we zijn. Het is tijd, méér dan tijd, dat dat ‘perfecte’ lichaam ruimte maakt voor alle andere mooie lichamen die er rondlopen. En het is tijd voor zelfacceptatie.