Ongeveer twee jaar geleden op een terras in het Westerpark vertelde ik tegen mijn tweelingzus dat ik een trans vrouw ben. Dit kwam voor haar als een behoorlijke verrassing. Toen ik het een paar weken later aan mijn ouders vertelde, waren zij ook verbaasd. Hoe kan ik nou zeker weten dat ik een vrouw ben? In dit artikel laat ik jullie mijn ervaring met de genderbinariteit zien. Ook probeer ik te beantwoorden hoe ik zeker weet dat ik een vrouw ben.
Mijn ervaring met mannelijkheid
Een jaar voordat ik het aan mijn zus vertelde, wist ik al dat hoe mensen mijn genderidentiteit zagen niet klopte met hoe ik mij van binnen voelde. Elke keer dat ik in de spiegel keek, zag ik een leuke jongen, maar ik zag niet mezelf. Het gevoel van “ik” ontbrak; er was geen connectie. Ik dacht dat dit iets was wat iedereen zo ervaart. Dit speelde al zo lang als ik me kan herinneren, dus vond ik het geen raar gevoel. Het was gewoon iets wat hoort bij mens zijn, dacht ik. Later ging ik hier voorzichtig vragen over stellen. Pas toen merkte ik dat het helemaal geen vanzelfsprekend gevoel was. Dit was mijn eerste ervaring met genderdysforie.
Ik had nooit gedacht dat ik trans was. Toch heb ik wel altijd het gevoel gehad dat ik niet in de mannelijke norm paste. Toen ik nog gezien werd als man, voelde ik mij niet macho genoeg voor andere mannen. Dan heb ik het niet over het feit dat ik niet van voetbal houd, maar meer over de rol die de maatschappij van mannen verwacht. Ik had een bepaald beeld van mannelijkheid in mijn hoofd en ik paste daar niet in.
Het was alsof ik dit beeld probeerde te creëren in mijn hoofd. Ik beelde mij iemand in die met zijn andere mannelijke vrienden grapjes maakt over vrouwen, homo’s en andere kwetsbare groepen. Iemand die alleen maar aan seks kan denken. En vooral iemand zonder empathie. Dat dit een foutief beeld van mannen en mannelijkheid is, wist ik toen ook wel. Mannen komen in veel meer vormen voor, en dat is maar goed ook! Alleen had ik het idee dat ik meer in dit plaatje moest passen als ik oud zou worden als man. Alleen had ik niet de juiste puzzelstukjes om dit plaatje te kunnen maken met mijzelf er in.
Op zoek naar mezelf
Ik was bang dat dit plaatje van mannelijkheid op mij geprojecteerd en van mij verwacht zou worden. Deze angst zette mij aan het denken over hoe ik dan wel gezien wil worden. Dit is iets waar ik lang mee geworsteld heb. Eerst dacht ik dat ik mezelf gewoon neer kon zetten als een man die buiten dit plaatje valt. Al snel merkte ik dat dit niet genoeg was om die dysforische gevoelens te smoren.
Toen ging ik een tijdje online als non-binair door het leven. Om te kijken of dat beter voelde zonder dat ik “in de echte wereld” uit de kast moest komen. Alhoewel het inderdaad goed voelde om niet als man gezien te worden, merkte ik dat ook dit puzzelstukje niet helemaal paste. Ergens diep van binnen knaagde een gevoel dat er nog een stap gezet moest worden.
Vrouw zijn past bij mij
Hoe weet ik dat ik een vrouw ben? Ik heb het altijd moeilijk gevonden om daar antwoord op te geven. Uitleggen waarom man zijn niet bij mij past, is makkelijk. Maar om een goed en duidelijk antwoord te geven waarom ik een vrouw ben, is lastig. Wat maakt mij een vrouw? Dat is een vraag die ik al voor mijn sociale transitie aan mezelf stelde en ik heb er nog steeds geen definitief antwoord op.
Ik vind dat vrouw zijn iets heel variërend is. Het is niet in één hokje te stoppen. Vrouwen kunnen op heel veel manieren een vrouw zijn. Maar is dat niet heel hypocriet van mij om te zeggen? Waarom stop ik mannelijkheid wel in zo’n hokje en besluit ik daaruit dat ik trans ben, maar laat ik vrouwelijkheid zoveel opener staan?
Daar heb ik geen antwoord op. Ik zou graag kunnen vertellen over het ultieme eureka moment, maar dat is er simpelweg nooit geweest. Mijn sociale transitie en de aanloop daar naar toe was een weg vol met vragen en onzekerheden.
Wel kan ik spreken over de dysforie die ik van binnen voelde. Dit gevoel verdween pas toen ik mijzelf een vrouw begon te noemen. En zelfs toen was het niet van de een op de andere dag weg. Het was meer een geleidelijke afname. Hoe meer ik mezelf ging zien als vrouw en hoe meer stappen ik zette in mijn sociale transitie, hoe meer het voelde alsof alles klopte.
Toen ik dit beeld van vrouw zijn probeerde te leggen in mijn hoofd, had ik de puzzelstukjes opeens wel. Zonder te weten waar het zou eindigen vielen de stukjes steeds op hun plaats. Ze pasten in elkaar en vormden de puzzel. Daarom weet ik dat ik een vrouw ben.
Het is inmiddels ruim twee jaar later, na die middag op dat terras in Amsterdam. Als ik nu een stap terug zet en naar mijn spreekwoordelijke puzzel kijk, kan ik eindelijk zien wat het plaatje gaat worden. Het knagende gevoel van binnen is verdwenen en ik heb vertrouwen in de toekomst. Ik heb dan wel nooit mijn eureka moment gehad, maar ik kan alsnog met honderd procent zekerheid zeggen dat ik Ashley ben.
Over de auteur(s)
Ashley
Ashley de Bruijn (zij/haar) is 25 jaar en trans vrouw. In haar vrije tijd is ze vooral aan het koken, lezen of table top role playing games aan het spelen. Ze schrijft graag over haar transitie en hoe het is om trans te zijn in Nederland.